Hollands hoorntjeswier
Ceramium deslongchampsii Chauvin ex Duby
Beschrijving
Enkele tientallen centimeters hoog wier. Kleur nogal donker, bruin tot bijna zwart. Vertakking regelmatig dichotoom. De toppen van de takken zijn niet gekromd. Duidelijk aanwezige cortex, in karakteristieke banden.
Leefgebied
Eulittoraal en iets dieper. Komt wat meer voor dan men vroeger dacht; plaatselijk zelfs vrij algemeen. Veelal op stenen, hout, e.d. Houdt van tamelijk ruwe omstandigheden, zoals golfslag. Komt vaak voor als ondergroei onder grote bruinwieren.
Verspreiding
Van Frankrijk tot Noord-Noorwegen (Finmark), ontbreekt in de oostelijke Oostzee.
Rood hoorntjeswier
Ceramium rubrum
Beschrijving
De struiken worden zo'n 30 tot 40 cm hoog. Duidelijk rode kleur; cortex over het hele oppervlak van de plant, zodat die soms een wat breekbaar uiterlijk heeft (maar dat is schijn). De toppen van de takjes zijn sterk naar elkaar toe gebogen.
Leefgebied
Laag in het eulittoraal en in het sublittoraal. Op stenen en andere harde ondergrond, maar ook op andere planten. Houdt van tamelijk ruwe (geëxponeerde) omstandigheden, en behoorlijk zout water. Je hebt dus meer kans deze soort tegen te komen in het westelijk deel van de Oosterschelde, dan in de Grevelingen. Vaak samen met andere wiersoorten, zoals Polysiphonia fucoides , Chondrus crispus , Macrocarpus stellata en Ulva -soorten.
Verspreiding
Atlantische Oceaan en randzeeën, Middellandse Zee.
Opmerking
Deze soort omvat waarschijnlijk een aantal eerder apart beschreven soorten. Dat komt, omdat de graad van cortexvorming nogal variabel is, en vroeger als sterk kenmerk werd opgevat. Tegenwoordig gaat men ervan uit, dat een aantal omgevingsfactoren, zoals de daglengte en de lichtsterkte in het algemeen, hierop nogal wat invloed uitoefenen.